Wat betekent het voor mij om een discipel van Jezus te zijn?
Jezus is niet langer als mens op aarde, dus hoe word ik dan zijn discipel? Hoe kan ik Hem volgen en dicht bij Hem leven?
In het Nieuwe Testament staat veel geschreven over de discipelen van Jezus. Zij stonden het dichtst bij Jezus en volgden Hem waar Hij ook heen ging. De definitie van een discipel is “een persoonlijke volgeling van Jezus”. Jezus zegt: “Doe afstand van al wat je hebt en volg Mij.” Jezus is niet langer als mens op aarde, dus hoe word ik dan zijn discipel? Hoe kan ik Hem volgen en dicht bij Hem leven?
In Lucas 14:33 staat: “Zo geldt ook voor jullie: Wie geen afstand doet van al zijn bezittingen, kan mijn discipel niet zijn.” Dan is het omgekeerde ook waar: Hij die wel afstand doet van alles wat hij heeft kan Zijn discipel zijn. Maar hoe doe ik dat? Betekent het dat ik al mijn aardse bezittingen moet verkopen en in afzondering moet leven zonder familie of bezit? Hoe kan ik afstand doen van alles wat ik heb?
“Doe afstand van alles en volg Mij”
Ik moet eerst bedenken wat ik heb voordat ik er afstand van kan doen. Ik denk aan al mijn bezittingen: Ik heb ze, maar er hoeft maar een vuur of ramp te zijn om alles te verliezen. Het kan dus van me worden afgenomen zonder dat ik er afstand van doe. En hoe zit het met vrienden en familie? Zij kunnen ook van me worden afgenomen door iets als een virus of een ongeluk. Als het zou draaien om mijn uiterlijke bezittingen zou het makkelijk zijn om overal afstand van te doen en een discipel te worden. Maar ik ken mensen die alles hadden verkocht en in afzondering leefden en erg ongelukkig waren – zeker geen discipelen van Jezus! Dus wat is het waarvan Jezus zegt dat ik er afstand van moet doen om Hem te volgen? Mijn enige bezit wat niemand me kan afnemen zijn mijn gedachten en meningen.
Ik realiseer me dat ik overal een mening over heb! Die meningen kunnen sterk zijn ongeacht wat ik verder aan bezittingen heb. In Jesaja 11:3 staat over Jezus: “Hij ademt ontzag voor de Heer, Zijn oordeel stoelt niet op uiterlijke schijn, noch grondt Hij zijn kennis op geruchten.” Als Jezus niet oordeelde op grond van wat hij hoorde of zag, wie ben ik dan dat ik een oordeel heb over alles wat ik hoor of zie? Ben ik bereid afstand te doen van mijn eigen meningen en te luisteren naar wat Jezus te zeggen heeft?
Mensen kunnen onbeschoft zijn of iets vervelends zeggen. Naar mijn mening moet dat gecorrigeerd worden. Maar als ik afstand doe van mijn mening en naar mijn Meester luister, die het hart ziet en niet oordeelt naar wat hij hoort of ziet, is het misschien wel beter om stil te zijn. Misschien is de uitbarsting van die persoon het resultaat van verborgen pijn of nood. Misschien vraagt deze situatie om liefde en geduld. Ik kan Jezus, die “rondging en goed deed”, niet volgen zonder afstand te doen van mijn eigen ideeën en meningen.
Wie bepaalt mijn richting?
Het is één ding om te weten dat mijn gedachten over anderen vaak niet kloppen. Maar wat als het over mijn eigen leven gaat? Denk ik dat ik weet wat ik nodig heb om verlost te worden? Heb ik mijn leven uitgestippeld? Denk ik dat ik weet hoeveel ik aankan en wanneer het te veel wordt? Denk ik dat ik weet waar ik over vijf jaar wil zijn? Dat betekent niet dat ik geen plan of richting in mijn leven zou mogen hebben, maar wanneer er dingen gebeuren die naar mijn mening oneerlijk of te moeilijk zijn, ben ik dan bereid een discipel van Jezus te zijn en afstand te doen van alles wat ik weet en denk? In Spreuken 16:9 staat: “Een mens stippelt zijn weg uit, de Heer bepaalt de richting de hij gaat.” Ben ik echt bereid God mijn richting te laten bepalen ook al heb ik andere plannen?
We kunnen leren van Job. “Hij was rechtschapen en onberispelijk, had ontzag voor God en meed het kwaad.” Job 1:1. We kennen allemaal de verschrikkingen die op zijn pad kwamen en toch vervloekte hij God niet. In Job 40:2 zegt God: “Een mens die met de Ontzagwekkende twist- kan hij Hem iets leren?” In hoofdstuk 42 heeft Job berouw: “Daarom herroep ik mijn woorden en buig ik mij, zoals ik hier zit in het stof en het vuil.” Hij vervloekte God nooit hardop om wat hem was overkomen maar het was duidelijk dat hij hier wel zijn eigen ideeën over had, anders had hij geen berouw nodig gehad.
Zie ik ondankbaarheid of klagen over de dingen die God in mijn leven toelaat als een manier om met de Almachtige te twisten? Of zit ik berouwvol in stof en vuil en doe ik afstand van mijn eigen ideeën om Jezus te volgen en Zijn discipel te worden? Als ik dit doe en ik voeg me naar Gods gedachten voor mijn leven dan word ik gelukkig en krijg ik diepe innerlijke vrede.
De uitkomst die de Heer gaf
Dan wordt de tekst in Jacobus 5:11 duidelijk voor me: “Degenen die standhielden prijzen we gelukkig! U hebt gehoord hoe standvastig Job was, en u weet welke uitkomst de Heer gaf; de Heer is immers liefdevol en barmhartig.” Zie ik de uitkomst die de Heer geeft in mijn leven? Zie ik dat de bedoeling van de uiterlijke omstandigheden is dat ik afstand kan doen van mijn ideeën en echt een discipel van Jezus kan worden en Hem kan volgen? Zie ik dat ik op die manier onbeschrijfelijk gelukkig word ongeacht mijn omstandigheden en dat ik geen angst meer heb voor de toekomst?
Het enige wat me in de weg staat om een discipel te worden, gelukkig te zijn en diepe vrede te hebben zijn mijn eigen ideeën en gedachten. Als ik daar geen afstand van doe kan ik niet zien waar Jezus ging en kan ik Hem niet volgen. In Mattheüs 16:24 zegt Hij: “Wie achter Mij aan wil komen, moet zichzelf verloochenen, zijn kruis op zich nemen en mij volgen.” Nu gaat deze tekst echt voor mij leven. Om Jezus te volgen moet ik mijn eigen gedachten en ideeën verloochenen en ze kruisigen zodat ze sterven. Als ik dit doe zie ik Zijn liefde en barmhartigheid en zie ik dat Hij echt het beste met mij voorheeft. (Romeinen 8:28.) Dan ben ik een echte discipel van Jezus.
Bijbelverzen komen uit de Herziene Statenvertaling, tenzij anders aangegeven.