"Vroeger was ik…"
In de ongekende tijden waarin we leven, is 'vroeger was ik' misschien niet zo'n vreemde gedachte. Maar wat als we dít zouden kunnen zeggen ...
Er zijn op dit moment veel artikelen in het nieuws over hoe het leven was vóór de anderhalvemetersamenleving, vóór de lockdown en de wereldwijde pandemie. Dagelijks worden er officiële richtlijnen van de overheid gepubliceerd over hoe onze samenleving de komende maanden zal functioneren wanneer de strenge coronamaatregelen worden versoepeld. Sommige mensen verlangen terug naar hoe het leven vroeger was, terwijl anderen een nieuwe manier van leven hebben gevonden die beter bij hen past - minder stress, meer vrije tijd en minder verantwoordelijkheid.
Het is niet alleen een veranderde toestand van de samenleving die ervoor kan zorgen dat we terugkijken naar hoe we vroeger leefden en de veranderingen beoordelen die in ons leven zijn gekomen. Het is een normaal onderdeel van het ouder worden dat ons kan triggeren om het hier en nu te vergelijken met specifieke tijden in ons leven.
En in dat verband zei mijn man deze week in onze keuken iets heel belangrijks tegen me.
Hoe ik vroeger was
We hadden net herinneringen opgehaald aan ons huwelijk nu ons 45-jarig huwelijksfeest nadert - denkend aan het verleden, aan alle ups en downs van het leven, de goede en de minder goede dingen, aan alle kinderen en alle kleinkinderen en hoe we de manier waarop we onze bezigheden moesten aanpassen tijdens de lockdown, toen hij uit het niets zei: "Ik was vroeger zo’n hardvochtig mens."
Ik was vroeger …
En het is waar; hij was vroeger een hardvochtig mens, met principes en manieren waarop dingen gedaan moesten worden, en bepaalde prioriteiten en huisregels. Maar hij is het niet meer.
Daardoor begon ik over mezelf na te denken, en aan wat me door de jaren heen had gekarakteriseerd en het ergste was bitterheid. Ik was vroeger een heel verbitterd mens die keer op keer piekerde over dingen die andere mensen hadden gezegd of gedaan, en hoe het me had beïnvloed of me van streek had gemaakt. Maar ik ben niet meer zo.
Ik was vroeger.
Het is mogelijk om deze woorden te zeggen over elk aspect van onze menselijke natuur waar we van gereinigd moeten worden, zodat we worden zoals Jezus, wat ons recht en ons doel is. We zullen kunnen zeggen:
Vroeger was ik jaloers.
Vroeger was ik bitter.
Vroeger was ik egoïstisch.
Vroeger was ik lui.
Vroeger was ik arrogant.
Vroeger was ik bang.
Vroeger was ik …
Hoe ik kan veranderen
De snelste weg naar een doel is in een rechte lijn, en er staat geschreven dat we ‘rechte sporen voor onze voeten maken’ en dat doen we door na te denken over Gods woord en door ‘de leer’ te gehoorzamen. ‘De leer’ betekent in feite een reeks overtuigingen, en de overtuiging die ik volg is, dat door mezelf te verloochenen en mijn kruis op te nemen, de zonde in mijn menselijke natuur beetje bij beetje vernietigd wordt. Een kruis opnemen is een proces van het verloochenen van iets menselijks, zoals bitterheid, totdat het sterft.
Soms, vooral als je jong bent, kan dit proces aanvoelen alsof het altijd maar doorgaat en er geen eind aan komt. En zo voelde ik me ook, maar ik boog mijn hoofd, geloofde God en ging gewoon door in blind geloof.
Naast blind geloof moeten we ons leven vastpinnen op de rots van het woord - woorden als deze:
“Ik ging op mijn wachtpost staan, nam mijn plaats in op de vestingwal, en keek uit om te zien wat Hij in mij spreken zou en wat ik antwoorden zou op mijn aanklacht.” Habakuk 2: 1.
Het proces is eenvoudig:
• Onszelf op de wal plaatsen. Wallen maken deel uit van een verdedigingssysteem, een versterkt verdedigingssysteem - ons verdedigingssysteem is het woord van God en een houding van ‘er staat geschreven’. Dus vanaf het begin is het mijn standpunt om bitterheid af te wijzen, of ik nu gelijk heb of niet. Ik ben me ervan bewust dat ik op dit gebied zwak ben, en ik wil niet dat dit zo blijft. Ik ben hier vastbesloten.
• Keek uit om te zien wat Hij in mij spreken zou. Ik moet luisteren en waakzaam zijn. Ik moet verwachten iets te horen te krijgen en het er mee eens zijn. Als ik waakzaam ben, zal ik de stem van de Geest horen als het eerste gefluister van bitterheid over me heen kruipt.
• Wat ik antwoorden zou op mijn aanklacht (Engels: wat zal ik antwoorden als ik terechtgewezen word). Dit is mijn antwoord als ik me ervan bewust ben dat de Geest me herinnert aan een verborgen gedachte die ik misschien genegeerd heb of onderdrukt, in de hoop dat die vanzelf zal verdwijnen. Maar dat zal niet gebeuren. Dit herinneren is een terechtwijzing en dat moet ik accepteren. Hoe sneller ik kan zeggen: ‘Ja, ik voel bitterheid’, hoe sneller ik daaraan kan toevoegen, ‘en ik wijs het af’. Dit is een bewuste beslissing en een keuze, een definitieve keuze. Dit is de rechte weg om meer op Jezus te gaan lijken en het lukt niet als ik alleen maar probeer aardig te zijn tegen mensen. Iedereen kan aardig zijn, maar dat maakt je nog geen discipel.
En voor discipelen maakt het niet uit of we in een anderhalvemetersamenleving zijn of niet - het luisteren naar terechtwijzing is een voortdurend proces. Het werkt voor een hardvochtig mens en voor een verbitterd mens, voor een jaloers, bitter, egoïstisch, lui, arrogant en angstig mens. Het werkt voor ons allemaal.
Ik weet niet of ik de komende maanden face-to-face lessen met mijn studenten kan starten, of wat de richtlijnen zijn voor patiënten om persoonlijk naar mijn kantoor te komen, of wanneer we onze pasgeboren kleindochter kunnen bezoeken. Maar ik kijk uit naar de dag waarop ik zal kunnen zeggen: ‘Vroeger was ik ...’ over meer gebieden van mijn leven, omdat ik een verdedigingssysteem heb en op de uitkijk sta.
Bijbelverzen komen uit de Herziene Statenvertaling, tenzij anders aangegeven.