Geloof in de God van wonderen!

Geloof in de God van wonderen!

Toen ik onze situatie vergeleek met de kinderen van Israël die door de Rode Zee trokken, begreep ik: er is een belofte voor degenen die in geloof gaan.

Het was 30 augustus 2018 en ons hele gezin stond klaar om ons nog niet geboren kind te verwelkomen. Na bijna vijf jaar weer een baby in het gezin! Mijn vrouw, Neema, en ik waren klaar om naar het ziekenhuis te gaan voor de bevalling, samen met Neema’s vader. Een vriend van ons bleef bij onze vijf andere kinderen.

Toen we het ziekenhuis bereikten en Neema naar de verloskamer werd gereden, wachtte ik buiten met mijn schoonvader. Ik moest even weg, en toen ik terugkwam vond ik mijn schoonvader in de kapel van het ziekenhuis. Zijn ogen waren rood en hij gebaarde naar me met zijn handen en zei: "Geen foetale hartslag."

Het nieuws was als een bliksemschicht, zeer onverwacht en schokkend. Er waren absoluut geen aanwijzingen voor enige afwijking. Wat doe je als je zulk nieuws krijgt? Gedachten begonnen door mijn hoofd te razen.

Juda

Toen zag ik een vers op een plaquette aan de muur van het ziekenhuis: "Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en overvloed hebben." Johannes 10:10. Toen ik dat vers geloofde, vulde vrede mijn hart. Onze baby die in de baarmoeder stierf, maakte ook deel uit van Jezus’ liefde voor ons. Hij houdt zoveel van ons dat Hij wil dat we leven hebben - gerechtigheid, vrede en vreugde in overvloed - niet alleen voor dit leven, maar voor alle eeuwigheid. En niet een klein beetje, maar in al zijn volheid. Dat is een geweldige belofte!

"Ik immers, Ik ken de gedachten die Ik over u koester, spreekt de HEERE. Het zijn gedachten van vrede en niet van kwaad, namelijk om u toekomst en hoop te geven." Jeremia 29:11.

Ook in deze situatie was Gods machtige hand over ons. We lezen in 1 Petrus 5:6: “Verneder u dan onder de krachtige hand van God, opdat Hij u op Zijn tijd verhoogt. Werp al uw zorgen op Hem, want Hij zorgt voor u.” Ja, dit was de tijd om onszelf te vernederen onder Zijn machtige hand, zodat Hij ons kon verheerlijken met Zijn goddelijke natuur. Denk dat God Zijn eigen natuur met ons wil delen! (2 Petrus 1:4.)

We noemden het kind Juda. Toen we de volgende weken over de situatie nadachten, kwamen we tot het inzicht dat dit een “lichte verdrukking, die van korte duur is, en in ons een alles overtreffend eeuwig gewicht van heerlijkheid teweegbrengt ". 2 Korintiërs 4:17. Juda opende de hemel en alles wat puur en edel voor ons is. De situatie maakte ons zoveel gevoeliger voor Gods ingevingen. Natuurlijk was er verdriet, maar ook dankbaarheid. Juda was de eerste in ons gezin die bij Jezus thuis was. Het verhoogde onze vastberadenheid om voor onze kinderen te bidden en te strijden, zowel in het gezin als in de gemeente, zodat elk van hen in Christus wordt bewaard en dat ze allemaal op een dag Jezus zullen ontmoeten.

De tijd verzachtte langzaam het verdriet van het verlies van Juda. Soms zagen we iets dat ons aan hem deed denken, en overweldigde het verdriet ons. Verschillende van onze vrienden hadden rond die tijd baby's en elke keer werden we herinnerd aan de vreugde die we zouden hebben gehad als we thuis een baby hadden. Maar we vertrouwden op Gods volmaakte plan voor ons.

Mijn Aanwezigheid gaat met je mee

In november 2019 kwamen we erachter dat we weer in verwachting waren. We waren erg blij, maar we wisten allebei dat de komende negen maanden niet gemakkelijk zouden zijn, we zouden angst moeten bestrijden. We hielden vast aan dit vers uit 2 Timotheüs 1:7: "Want God heeft ons niet gegeven een geest van vreesachtigheid, maar van kracht en liefde en bezonnenheid." Rond de vijfde maand van de zwangerschap trof de Covid-19-pandemie India. Dit was een tijd waarin bijna niemand het huis uitkwam. Maar met Neema's leeftijd en geschiedenis hadden we geen andere keuze dan naar doktersafspraken te gaan. En naarmate de uitgerekende datum van Neema naderde, nam ook de frequentie van de bezoeken toe. Tegen juli 2020, toen Neema uitgerekend was, had de pandemie het hoogtepunt van de eerste golf in Bangalore bereikt. Ziekenhuizen hadden bijna geen bedden meer voor Covid-19-patiënten en de situatie was erg slecht.

Twee dagen voor bevalling deed Neema een verplichte Covid-19-test en deze was positief. Hier waren we niet op voorbereid. De eerste gedachten waren angst en woede: dacht God echt dat we dit zouden kunnen verdragen? Maar God is goed. Hij geeft een woord om aan vast te houden in de tijd van beproeving. De uitdrukking die toen bij me opkwam, was "De Rode Zee". Ja, dit was als de Rode Zee, waar de kinderen van Israël doorheen moesten. En de belofte voor degenen die erdoorheen moesten staat duidelijk geschreven in Exodus 14:13: “Maar Mozes zei tegen het volk: ‘Wees niet bevreesd, houd stand, zie het heil van de HEERE ..." En in Exodus 33:14: "Moet Mijn aangezicht meegaan om u gerust te stellen ...?"

We waren de eerste woning in ons appartementencomplex van meer dan 40 woningen met een bevestigd Covid-19-geval. Niemand van ons kon het huis uit. Zwangere vrouwen met Covid-19 vielen in de risicocategorie, maar het ziekenhuis kon Neema alleen opnemen als er een bed beschikbaar was op de Covid-afdeling, en dat was er niet. Als Neema ging bevallen en er was geen bed beschikbaar, dan zou ze in een ziekenhuis moeten bevallen dat de regering had bepaald, en de stad barstte uit haar voegen met volle ziekenhuisbedden.

Maar God is goed. Hij stelt ons niet op de proef boven wat we kunnen verdragen. Neema ging niet bevallen voordat er een bed op de Covid-afdeling beschikbaar was. Toen ze het huis verliet en in de ambulance stapte, voelde ik dat een enorme vrede haar vervulde. Niemand kon haar naar het ziekenhuis vergezellen. Haar enige gebed was dat ze vervuld wilde worden met Gods Heilige Geest, en daar had God haar inderdaad mee gevuld. Ze vertelde me: "Ray, ik kan Jezus' tegenwoordigheid direct naast me voelen." Vrienden in de plaatselijke gemeente en in vele delen van de wereld baden voor haar. Ze stuurde een bedankbriefje naar de vrienden:

“Dank u, beste vrienden... ik ga met Gods bescherming, ook al ben ik misschien besmettelijk en besmet. Mijn God zal mij of mijn gezin niet in de steek laten... Ik houd vast aan de belofte die ik eerder heb ontvangen uit Psalm 91:7-12: ‘Al zullen er duizend vallen aan uw zijde en tienduizend aan uw rechterhand bij u zal het onheil niet komen…want Hij zal voor u Zijn engelen bevel geven dat zij u bewaren op al uw wegen. Zij zullen u op de handen dragen, zodat u uw voet aan geen steen stoot.'

Degenen die op de Heer vertrouwen, kunnen de toekomst toelachen’

Thuis met de kinderen begon ik ook symptomen te krijgen, met een ongewone pijn op de borst. Maar God hielp me om door te gaan met het werk thuis en niet bezorgd te zijn. De kinderen werden ook niet ziek. God stelt ons niet op de proef boven wat we kunnen verdragen! Hij opende zelfs de harten van onze buren, die ons in deze tijd van veel maaltijden hebben voorzien.

Ondertussen werd Neema ingeleid, maar het vorderde niet. De dokter stuurde me een bericht dat, gezien haar toestand, het doen van een keizersnede iets was dat hij absoluut zou willen vermijden. Naarmate de tijd verstreek, gaven zijn berichten aan dat hij voor een dilemma stond. Maar vrienden van over de hele wereld baden voor ons. Thuis riep ik de kinderen bij elkaar en we baden. Binnen een half uur hoorde ik dat de baby was geboren. De dokter berichtte me later dat het een wonder was dat Neema normaal bevallen was. We waren in feite de Rode Zee doorgetrokken!

Nadat Neema thuiskwam, moest ze twee weken in quarantaine. Het was vreemd om een pasgeborene in huis te hebben zonder dat iemand van ons de mogelijkheid had om de baby vast te houden. Maar na twee weken waren we allemaal in orde en was er veel vreugde. Het herstel voor Neema verliep traag en we moesten meerdere keren naar het ziekenhuis toe. Maar de vreugde van de Heer is onze kracht. En de vreugde die onze kleine baby ons bracht is onbeschrijfelijk. We noemden hem 'Isaac', wat 'hij zal lachen' betekent. In deze onzekere tijden kunnen alleen zij die op de Heer vertrouwen de toekomst toelachen.

In Jeremia 31:13 lezen we: " Ik zal hun rouw veranderen in vreugde, Ik zal hen troosten, Ik zal hen blij maken na hun verdriet." De Heer veranderde inderdaad onze rouw in vreugde!

Bijbelverzen komen uit de Herziene Statenvertaling, tenzij anders aangegeven.