Brood of stenen?
Wanneer we bidden, ervaren we soms dat wat we krijgen niet datgene is waar we om gevraagd hebben. Geeft God echt stenen wanneer we om brood vragen?
Een paar jaar geleden bad ik veel voor iemand van wie ik hield en het liep niet zo als ik had gehoopt, gebeden of verwacht. Lang verhaal kort: ik was erg boos op God, en raasde op Hem met gebalde vuisten en rollende tranen over mijn wangen. Ik had zo veel en zo lang gebeden en geloofde dat het goed zou komen. Ik was zo boos op de uitkomst dat het voelde alsof God mij in de steek had gelaten; ik denk dat ik Hem ervan beschuldigde dat Hij wreed was. Ik heb zelfs een hoofdstuk en vers aangehaald om Hem te laten zien dat Hij zich niet aan Zijn beloftes hield. Een deel van mij begreep dat dit niet de juiste manier was om er zo mee om te gaan, maar het leek alsof ik niet in staat was om deze emoties te stoppen.
Toen werd ik een paar maanden later gevraagd om voor iemand anders te bidden. Dus dat deed ik. Ik bracht de hele nacht biddend door; het was een lange nacht. En toch hadden mijn gebeden in die situatie zelfs geen klein beetje effect.
Deze keer voelde het niet alsof het de schuld van God was – het was mijn schuld. Was er iets mis met mijn gebeden, mijn geloof, mijn leven? Om een of andere reden antwoordde God mijn gebeden niet. Misschien hield God helemaal niet van mij. En toch dacht ik dat ik als discipel leefde; ik dacht dat ik een levend geloof had. Waarom kreeg ik dan toch steeds stenen als reactie op mijn gebeden, en niet het brood dat mij beloofd was?
God geeft alleen brood
Bidt en u zal gegeven worden, zoekt en gij zult vinden; klopt en u zal opengedaan worden. Want een ieder, die bidt, ontvangt, en wie zoekt, vindt, en wie klopt, hem zal opengedaan worden. Of welk mens onder u zal, als zijn zoon hem om brood vraagt, hem een steen geven? Of als hij een vis vraagt, zal hij hem toch geen slang geven? Indien dan gij, hoewel gij slecht zijt, goede gaven weet te geven aan uw kinderen, hoeveel te meer zal uw Vader in de hemelen het goede geven aan hen, die Hem daarom bidden. Matteüs 7:7-11.
Dus ik moest nadenken hoe ik mijn persoonlijke ervaring – het voelde alsof ik stenen kreeg – kon verzoenen met een feit, waarvan ik wist dat het waarheid is, omdat het in Gods Woord staat, namelijk:
God geeft alleen brood; Hij geeft nooit stenen.
Waarom werden mijn gebeden dan niet beantwoord zoals ik dat verwachtte?
Voor beide personen waarvoor ik had gebeden, had ik niet gedacht aan het proces dat Hij deze personen wilde laten doormaken. Het is waar dat we, als we lijden, leren om dichter bij God te komen. Als ik terugkijk op de ernstigste beproevingen in mijn leven, dan ben ik nu in staat om te zeggen (met mijn hand op het hart) dat ik blij ben dat ik ze heb gehad en dat ik ze voor niets had willen missen. Ik heb meer over mijzelf en de goedheid van God geleerd toen ik het moeilijk had, dan wanneer alles heel soepel zou zijn gegaan.
Als ik midden in de beproeving tot God roep, komt Hij mij tegemoet met Zijn Woord. Dit Woord maakt een rechte weg voor mijn voeten en schijnt als een licht op mijn pad. Het neemt het lijden niet weg, maar als ik het in volkomen vertrouwen volg en mijn eigen wil in deze omstandigheden tot stilte breng, dan zal ik kracht van de Geest ontvangen om te dragen, te troosten, te verheugen, te hopen, te volharden en goed te zijn.
In beproevingen krijgen we deze voeding; we krijgen toegang tot dit nieuwe leven. Dit geestelijke voedsel kan zeker als brood worden beschouwd.
Hoe moet ik bidden?
Waar ik voor kan bidden is dat de mensen die ik liefheb kracht en geloof krijgen door hun beproevingen. Ik kan bidden dat zij op een goddelijke manier zullen reageren en dat ze van hun natuur worden bevrijd onder de druk en het verdriet van hun beproevingen.
Omdat aspecten van onze menselijke natuur soms buiten ons zicht verborgen kunnen zijn, kan eerzucht zich openbaren en krachtig worden afgewezen; eveneens afgunst, bitterheid, wrok, ongeloof en meer. Hoeveel beter is het om kracht en inzicht in onze geest te ontvangen, en niet alleen een verandering in onze aardse omstandigheden.
En in plaats van God te vragen om in te grijpen of te stoppen met hun beproevingen, zal ik zelf moeten leren om de lasten en het lijden van anderen te helpen dragen. Ik zal moeten leren om te troosten, raad te geven, de pijn te delen en mensen op te bouwen in hun geloof. Dat is werk, en het kan wel eens pijnlijk zijn.
Toen Jezus bad dat de beproeving “indien mogelijk” van Hem verwijderd zou worden, wilde Hij niet gekruisigd worden; maar er was een overheersend feit dat boven Zijn eigen gevoelens stond – Hij wilde Gods wil doen en aanvaardde het lijden dat Hij moest doorlopen.
Wanneer God onze gebeden voor onszelf of anderen niet beantwoordt op de manier waarop we dat hoopten, als Hij mensen niet van hun lijden, beproevingen, pijn of hartenleed verlost of alles “goed laat verlopen”, dan heb ik iets gevonden…
We krijgen brood aangeboden, geen stenen.
En voor die twee personen waar ik zo wanhopig probeerde om hen uit hun beproevingen te bidden? Na enige hartzeer, worsteling en strijd zijn ze er beiden boven op gekomen met een dieper geloof en een sterker vertrouwen in God dan ooit tevoren.
Bijbelverzen komen uit de Herziene Statenvertaling, tenzij anders aangegeven.