Bid God om een intens verlangen om altijd het goede te doen
We hebben het nodig te bidden om een intens verlangen om altijd het goede te doen terwijl we van nature precies het tegenovergestelde willen.
Bij iets dat ik pas meemaakte kwam een heel belangrijke vraag bij me boven: Wat moet ik doen als ik verzocht word om te zondigen, en ik realiseer me dat ik geen zin heb om die zonde te overwinnen? Dat het zoveel makkelijker zou zijn om nu gewoon te zondigen. Ik wil mijn eigen wil doen. Ik wil mijn eigen zin doordrijven.
“Want ik weet, dat in mij, dat wil zeggen in mijn vlees, geen goed woont. Immers, het wensen is wel bij mij aanwezig, maar het goede uitwerken, kan ik niet.” Romeinen 7:18.
Redelijke argumenten
Zonder twijfel zijn we allemaal verzocht geweest tot dingen waarvan we al van tevoren weten dat ze verkeerd zijn. De verzoeking kan zo intens sterk zijn; de argumenten waarmee Satan komt, onder het mom van “je moet toch redelijk blijven”, kunnen behoorlijk overtuigend lijken. De zonde waartoe we verzocht worden kan minder zondig gaan lijken.
Misschien heeft iemand iets kwetsends gezegd of gedaan en ik heb het gevoel dat wanneer ik bid en overwin in de verzoeking om beledigd te worden, die persoon “ermee wegkomt”. In dat geval komen ze mogelijk nooit te weten hoe diep ze me hebben gekwetst! Of misschien word ik verzocht tot luiheid en om voor mijzelf te leven – ik verdoe mijn tijd liever met lege bezigheden op een moment dat ik weet dat er belangrijker dingen te doen zijn. Dan komen de argumenten op: het is niet zo slecht, het is maar voor even en dan stop ik; ik moet me ook kunnen ontspannen, etc.
Dit zijn maar een paar voorbeelden. Er zijn veel situaties waarin we de zonde in ons vlees ontdekken en ons realiseren dat we onze eigen wil niet willen opgeven. Op zo’n moment heb ik het nodig om te bidden, zodat ik in staat ben om te overwinnen, maar ik kom erachter dat ik zelfs niet kan beginnen met bidden omdat ik zó graag datgene wil doen waartoe ik word verzocht! Ik wil niet bidden, omdat ik dan weet dat ik niet in staat ben om te doen wat ik wil doen! Ik vind het moeilijk om mijzelf te vernederen en toe te geven dat het echt zonde is!
De sleutel gevonden
Toen kwam ik een fragment tegen in een boek over Esther Smith, een vrouw met een buitengewoon geloof:
“Je kunt bijvoorbeeld merken dat je in sommige situaties of tegenover sommige mensen niet vol van verlangen naar het goede bent. Dan kun je gewoon en eenvoudig bidden: ‘Lieve God, vul mij met alle lust tot het goede!’ Dan weet ik dat het een gebed is naar Gods wil, en dan kan ik geloven dat ik heb gekregen wat ik van Hem heb gebeden, zoals er staat geschreven. ‘En dit is de vrijmoedigheid, die wij tegenover Hem hebben, dat Hij, indien wij iets bidden naar zijn wil, ons verhoort. En indien wij weten, dat Hij ons verhoort, wat wij ook bidden, weten wij, dat wij de beden verkregen hebben, die wij van Hem hebben gebeden.’ 1 Johannes 5:14-15.
Leer de kinderen bidden om gevuld te worden met een verlangen naar het goede. We moeten steeds meer leren om samen met God de strijd in te gaan. Het moet gelijk op gaan. Jezus bidt immers dag en nacht voor ons, en wij moeten samensmelten met zijn gebeden voor ons en voor de gemeente.” ¹
Het is mij heel duidelijk dat ik van nature niet ben gevuld met “alle lust tot het goede”. Er is iets in mij dat nog steeds voor mijzelf wil leven, en als ik niet oppas, dreigt dat “ietsje” zonde mijn hele leven over te nemen. Ik weet wat ik moet doen; ik bid “Lieve Jezus, help mij alstublieft om dit op te willen geven ter wille van U. Ik weet dat het verkeerd is maar ik ben zo zwak als mens, en mijn vlees wil bevredigd worden. Bewerk in mijn hart een verlangen om het goede te doen. Help mij om dit te willen opgeven. Vul mij alstublieft met alle lust tot het goede.”
Een vers dat me bijzonder trof, is Markus 9:24: “Ik geloof, kom mijn ongeloof te hulp!” Na gebed ben ik gevuld met geloof en kracht om te overwinnen. Dat betekent niet dat ik plotseling naar mijn gevoel ‘zin’ heb om mijn eigen wil op te geven. Nee, het betekent dat ik weet dat God mij de kracht wil geven om het te doen, ongeacht hoe ik me voel, en ik handel in geloof.
Theorie versus werkelijkheid
Het is gemakkelijk – en goed en noodzakelijk – te ‘willen’ om mijn eigen wil op te geven en Gods wil te doen (Heb 10:7-9). Alles in ons wil het. In theorie haat ik de zonde, en ik wil het heel graag overwinnen, maar het gaat zo dat, wanneer ik in dergelijke situaties kom, ik plotseling ontdek: dit is het, dit is mijn wil, en dan blijkt dat ik die eigenlijk niet echt wil opgeven.
Jezus zelf vertelt ons: “De geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak.” Matteüs 26:41. Maar het goede nieuws is dat ik niet afhankelijk ben van mijzelf en mijn ellendige vlees voor kracht. Nee, wanneer ik tekortschiet, weet ik dat ik een krachtbron heb om uit te putten, die veel machtiger is dan de zonde in mijn vlees. Wanneer ik mijzelf verneder om naar die bron te gaan en Hem te vragen om de hulp die ik nodig heb, dan lijdt het geen twijfel dat ik het zal ontvangen.
¹Fragment uit “Bidden is een oorlogsgeheim!”, eerder gepubliceerd in Noorwegen door Skjulte Skatters Forlag, 2012.
Bijbelverzen komen uit de Herziene Statenvertaling, tenzij anders aangegeven.